Bij het gebruik van een enkele bak wordt, wanneer de bak vol is, de onverteerde bovenlaag afgenomen en dit voor ongeveer 10-20 cm. De verteerde laag die ruikt naar bosgrond en maar een weinig tot geen wormen meer bevat, is klaar om als vermicompost in de tuin gebruikt te worden.
De onverteerde bovenlaag wordt nu terug in het compostvat gelegd en de cyclus kan opnieuw beginnen.

Controleer wel telkens de hoeveelheid wormen. Wanneer zich in 1 hand halfverteerd materiaal gemiddeld minder dan 3 wormen bevinden kan het nodig zijn om een nieuw starterspakket aan te kopen.

Bij het gebruik van een dubbele bak (waarbij de twee compartimenten van elkaar gescheiden zijn door een geperforeerde tussenwand) zullen de wormen zelf, zodra ze klaar zijn uit het startcompartiment naar de verse bak kruipen. De compost kan zodra alle wormen verkropen zijn gemakkelijk geoogst worden.
Ook bij de stapelbakken kan de compost gemakkelijk geoogst worden zodra de wormen naar een hogere bak gekropen zijn.

De compost kan natuurlijk ook samen met de wormen in de tuin gebruikt worden. De wormen zullen de grond luchtig maken en de bodem zo meer water- en luchtdoorlaatbaar maken waardoor het bodemleven nog meer verbeterd zal worden. Ook zullen de wormen zorgen voor een goede menging van de compost in de bodem en hun werk in uw tuin verder zetten om zo voeding voor uw planten te voorzien.